gepubliceerd op 25 maart 2019
Uit de bibliotheek: ‘Een liefhebbend levensboek’ van Samuel van den Bergh in een bijzondere uitvoering

De bibliotheek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, sinds 1876 ondergebracht bij Universitaire Bibliotheken Leiden, bevat meer dan honderdduizend gedrukte werken, maar ook handschriften, archieven en verschillende deelcollecties. In deze rubriek Uit de bibliotheek belicht een auteur een bijzonder of opmerkelijk object uit de omvangrijke collectie van de MdNL. Voor deze aflevering kiest Kasper van Ommen een bijzondere editie van het  gedenkboek geschreven door Samuel van den Bergh Jr.:

Een gedenkboek voor The Margarine King

Door Kasper van Ommen

‘Niet in Braches’. Dat zijn de toverwoorden die verzamelaars van boeken en toegepaste grafiek van Nieuwe Kunst het hoofd op hol doen slaan. Heel af en toe duikt er een boek op dat aan een van de sierkunstenaars van de Nieuwe Kunst wordt toegeschreven en dat nog niet in het dikke boek Nieuwe Kunst. Bouwstoffen van Ernst Braches is beschreven. Laatst was het weer zover, toen er in een boekenveiling een zeldzaam exemplaar opdook van Het leven van het echtpaar Simon van den Bergh en Elisabeth van der Wielen, voor hun nageslacht geschetst door hun jongsten zoon S. van den Bergh Jr. (Rotterdam, in eigen beheer, 1908). De auteur van dit boek is S. (‘Samuel’) van den Bergh Jr. (1864-1941), die het boek liet drukken bij zijn Electrische Drukkerij Van den Berghs Limited-Rotterdam. In de verkoopcatalogus werd het boek omschreven als ‘een liefhebbend levensboek met veel aardige historische details en veel aandacht voor de vele Joodse aspecten.’ Sam van den Bergh schetste zijn vader als een zachte, rechtschapen, eenvoudige en religieuze man. In de collectie van de MNL is overigens al een, smetteloos fris exemplaar in foedraal, van het boek aanwezig [UBL 1159 A 24].

De perkamenten band is fraai gebonden en met gouden decoratie bestempeld. Het boek is verder voorzien van vergulde sneden en in het boek zijn foto’s en verschillende vignetten van o.a. Cornelis ‘Kees’ Koppenol (1866-1924) afgedrukt. Het voorplat van de band is gedecoreerd met een breed kader van eikenbladeren en eikeltjes, het symbool van onsterfelijkheid en eeuwig leven. Rond de centraal op de band aangebrachte titel zijn takjes van de Clematis, een wintergroene klimplant, aangebracht als verwijzing naar de innerlijke schoonheid. Deze door gewassen uitgedrukte symboliek sluit nauw aan bij ontwerpen die Theo Nieuwenhuis (1866-1951) in deze periode maakte. Op basis van de typografie op de band wordt de versiering eveneens toegeschreven aan Nieuwenhuis. De band vertoont inderdaad gelijkenis met de versiering en letters van het handgebonden perkamenten exemplaar van de Verzamelde opstellen van Lodewijk van Deyssel dat Nieuwenhuis in 1907 ontwierp en Jan Mensing bond voor Klaas Groesbeek, de directeur van Scheltema & Holkema’s Boekhandel en Uitgeverij. De ronde vorm van de letter e komt echter niet voor in andere ontwerpen van Nieuwenhuis uit die periode en moet dus als een nieuwe toevoeging aan zijn werk worden beschouwd. De sierrand met eikenbladeren doet in de verte overigens tevens denken aan de versiering die J.B. Heukelom (1875-1965) toepaste op de band van de Verzamelde opstellen van Van Deyssel uit 1899.

Het boek is een hulde aan Simon van den Bergh (Geffen 1819 – Rotterdam 1907), een vroom-Joodse boterhandelaar en zijn echtgenote. Simon van den Bergh was de zoon van Zadok van den Bergh senior, een handelaar in koloniale waren, manufacturen en boter en Elisabeth van der Wielen, een volle nicht van Zadok. In 1872 startte Simon van den Bergh met de productie van margarine in Oss. hij richtte, na tegenwerking te hebben ondervonden van de katholieken in die stad, en vooral van zijn aartsrivaal Anton Jurgens, in 1891 een margarinefabriek aan de Nassaukade in Rotterdam op. Uit dit bedrijf ontwikkelde zich later het Unilever-concern. In Rotterdam heerste een verdraagzamer sfeer en waren de aan- en afvoermogelijkheden voor de grondstoffen en eindproducten veel gunstiger dan in het provinciale Oss. Van den Bergh werd stond aan het einde van zijn leven internationaal bekend als The Margarine King. De leiding van de fabriek lag voornamelijk in handen van Simons zonen – zeven in totaal –  maar toch vooral bij zijn jongste zoon Samuel. Samuel speelde een belangrijke rol spelen als industrieel en in de Rotterdamse gemeenteraad. Later werd hij onder andere lid van de Kamer van Koophandel en van de Tweede Kamer.

Het margarinefabriekje dat in 1872 van start was gegaan, werd door Simon en zijn zonen tot een grote industrie met meerdere vestigingen uitgebouwd. Zij was daarmee een van de grote werkgevers van Rotterdam. Bij de Diamanten bruiloft van Simon en Elisabeth in 1904 trok een stoet van 1200 arbeiders langs de woning van het echtpaar aan het Koningin Emmaplein. In 1907 overleden de echtgenoten slechts enkele dagen na elkaar. Zij werden begraven op de Joodse begraafplaats Toepad in Kralingen. Het jaar daarop verscheen dit fraaie gedenkboek en de liefdevolle ode aan Simon van den Bergh en Elisabeth van der Wielen.

De boekband van Het leven van het echtpaar Simon van den Bergh en Elisabeth van der Wielen is opgenomen in de tentoonstelling ‘De Bijzondere Band. Art Nouveau-boeken van Dijsselhof, Lion Cachet en Nieuwenhuis’ in Museum Meermanno/Huis van het Boek, te zien tot en met 23 juni 2019.