gepubliceerd op 10 juli 2017
Dames in Data: Lina Schneider – 1872

In mei 2018 herdenkt de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde dat 125 jaar geleden vrouwen werden toegelaten tot de Maatschappij. Al eerder waren er ereleden benoemd, zoals Geertruida Bosboom-Toussaint in 1870, maar in 1893 werden de eerste dertien talentvolle vrouwen ‘gewoon lid’. Om de paar weken kunt u op deze website een blog verwachten over memorabele momenten in de literaire vrouwengeschiedenis. Vijfentwintig talentvolle vrouwen met een belangwekkende inbreng in de letterkunde, taalkunde of geschiedenis krijgen zo een digitaal monument. Deze keer Erika Poettgens over Lina Schneider:

Proloog: het erelid dat geen lid mocht zijn

1872: Lina Schneider wordt erelid van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde

Door Erika Poettgens

De gevierde spreekster, declamatrice en Vondel-ambassadrice Lina Schneider (1831-1909) werd in 1872 erelid van de Maatschappij. Met hulp van een mannelijke, eveneens Duitse collega.

August Heinrich Hoffmann von Fallersleben (1798-1874) heeft regelmatig kandidaten voor het lidmaatschap van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde voorgedragen. Hoewel hij als lid (sinds 1822) en als erelid (sinds 1865) van de Maatschappij ongetwijfeld moet hebben geweten dat het lidmaatschap slechts aan mannen was voorbehouden, weerhield hem dat er niet van om ook vrouwen voor te dragen. Of hij daarmee bewust grenzen heeft willen verkennen, zullen we nooit weten, al heeft hij als liberaal gezinde wel vaker tegen heilige huisjes geschopt.

hoffmannvonfallersleben102-_v-ARDFotogalerie

Op 27 juni 1867 droeg Hoffmann in een brief aan Matthias de Vries (1820-1892) verschillende Duitse kandidaten voor als buitenlands lid. Onder hen bevond zich de schrijfster Ida von Düringsfeld (1815-1876), die onder andere over de Vlaamse Beweging publiceerde. De Vries antwoordde op 18 juli 1867: ”De door U voorgestelde namen zal ik alle op de Candidaten-lijst brengen, om bij het kiezen van buitenlandse leden in het volgende jaar in aanmerking te komen. Ik zal echter de onbeleefdheid moeten hebben Frau Ida von Düringsfeld weg te laten; niet uit geringschatting van hare talenten, maar juist omdat zij ‚kein gelehrter‘, maar ‚eine gelehrte‘ is. De vraag, of men ook vrouwen tot leden onzer Maatschappij kan benoemen, is dikwijls besproken, vooral naar aanleiding van Mevr. Bosboom-Toussaint, die natuurlijk het eerst in aanmerking kwam. Voor een paar jaren is eindelijk de vraag in de algemeene vergadering opzettelijk behandeld, en toen (tot mijn leedwezen) in ontkennenden zin beslist, zoodat ik nu geen kans zie Uwe Ida binnen te halen”.

Slimme aanpak

De schrijfster en vertaalster Lina Schneider (geb. Weller)  verzocht op 16 maart 1870 Hoffmann von Fallersleben haar te helpen om lid van de Maatschappij te worden. Het lijkt aannemelijk dat Hoffmann na de afwijzing van Düringsfeld – al dan niet in overleg met Matthias de Vries – een slimme oplossing heeft bedacht: vrouwen konden dan wel geen lid worden, maar over vrouwelijke ereleden vermeldden de reglementen niets! Volgens de notulen verenigde de vergadering zich zonder beraadslaging eenstemmig met het voorstel. Zo komt het, dat Lina Schneider in haar brief van 19 maart 1873 aan Hoffmann trots kon melden, dat zij op 20 juni 1872 tot erelid van de Maatschappij was benoemd. Daarmee schreef zij geschiedenis en heeft zij ongetwijfeld de weg geëffend naar het reguliere lidmaatschap voor vrouwen, dat pas ruim twintig jaar later een feit was.

Verder lezen

Poettgens, Hoffmann von Fallersleben und die Lande niederländischer Zunge. Briefwechsel, Beziehungsgeflechte, Bildlichkeit.2 Bde. (Studien zur Geschichte und Kultur Nordwesteuropas, Bd. 25). Münster/New York: Waxmann, 2014. In het ‘Dames-nummer’ van Nieuw Letterkundig Magazijn schreef Rietje van Vliet ‘Duits ambassadrice van de Nederlandse literatuur Lina Schneider, erelid’.