gepubliceerd op 20 augustus 2023
Poëzie van nu 55: ‘Het witste woord’ van Eva Meijer

 

Mario Molegraaf belicht in deze rubriek recent verschenen bundels van Nederlandse en Vlaamse dichters. Deze keer schrijft hij over Het witste woord van Eva Meijer:

Eva Meijer is in haar dichterlijk debuut Het witste woord op zoek naar het geluk, maar het is geen gelukkig huwelijk, poëzie en proza. Proza, maar dan met een roesachtige stemming. Poëzie, zij het zonder de gordels van de vorm. Haar zinnen beginnen ergens en houden nergens meer op. Meestal is zo’n prozagedicht te veel, soms te weinig. ‘Misschien bestaan we alleen echt in de ogen van de dieren,’ luidt een gedicht in de bundel, niet minder en meer niet. Eva Meijer (1980) werd bekend door haar romans, maar zoals na zo’n uitspraak nauwelijks verbaast, is ze ook filosoof.

Opnieuw een troebel paar, filosofie en poëzie. De filosofie streeft naar onwrikbaar fundament, de poëzie zoekt naar wegwijzers om te verdwalen. De wijsgeer overstemt in deze bundel de dichter met wendingen als ‘Ik ging dus met mijn niet-zelf de straat op’ of ‘Wachten is een vorm van zijn die de tijd indikt’. Een beetje of men tijdens een vegetarische maaltijd een speenvarken serveert.

Zou Eva Meijer bewust de poëtische gevarenzone opzoeken? Ze probeert zelfs politiek en poëzie te verenigen, wéér zo’n tot mislukken gedoemde band. ‘O, ik moet niet meegaan in dat neoliberale kader. Maar ik hoef ook/ niet in gesprek met wie mijn bestaan ontkent,’ merkt ze op over een demonstratie.

Wanneer ze dan toch voluit voor de poëzie kiest, zoals in een gedicht ‘Mijn zwanenhart’, is ze overmatig romantisch: ‘Waar ben je nu, mijn winterveer?/ Ik droomde van een lentenest/ Het misten aan de overkant/ En missen is het witste woord.’ Nogmaals de grens afgetast, of eigenlijk overschreden. Waarmee voor mij de opzet is bewezen. Eva Meijer is bezig met een experiment: hoe zit het met poëzie, wat, waarom, wanneer. Intussen zijn er volop rake uitspraken: ‘Dat is het stomme van de liefde, je zegt altijd te veel en nooit genoeg’. Ze prikkelt de verbeelding met een verhalend gedicht waarin muizen e-mails beantwoorden en alles in Excel bijhouden. Maar voor deze teksten geldt net zoiets als ze over weven opmerkt: ‘altijd gaat het weer ergens rafelen en moeten we opnieuw beginnen.’ Ademloos, eindeloos, oeverloos.

Mario Molegraaf

Het witste woord, Uitgeverij Cossee, paperback, 64 pag., € 22,99
ISBN: 9789464520842