gepubliceerd op 9 april 2023
Poëzie van nu 42: ‘Terwijl wij nog slapen’ van Marc Tritsmans

Mario Molegraaf belicht in deze rubriek recent verschenen bundels van Nederlandse en Vlaamse dichters. Deze keer schrijft hij over Terwijl wij nog slapen van Marc Tritsmans:

Zo onverdraaglijk dat alles voorbijgaat. Dit moment zou nooit mogen eindigen. Dit moment dat je slapende geliefde je in een houdgreep heeft genomen, haar benen over jouw benen geklemd, heerlijke voetboei. Maar straks om 06.00 uur klinkt de wekker die alles afbreekt. Veel dichters willen het vluchtige ogenblik vastleggen, zeker ook Marc Tritsmans (geb. 1959) in zijn nieuwe bundel Terwijl wij nog slapen. Zelfs het ogenblik van een ontmoeting met een urinerende koe: ‘Panta rhei op een dag in mei’. Op een vliegreis naar Amerika zou hij veel liever blijven zweven boven Zeeland dat hij één heerlijk moment ver onder zich ziet: ‘al dat vertrouwde zand en water’.

Fraai allemaal, poëzie die zich om de woorden van Tritsmans te lenen terugtrekt ‘in stille kamers’. Maar het is niet meer de tijd, zegt hij halverwege de bundel, van ‘een spaarzame vonk’ maar van ‘de lont in het kruitvat’. Er volgt een cyclus van vijfentwintig gedichten, sonnetten, maar dan van een onbeteugeld slag. Een beetje wat betreft de vorm: het rijm verkeert in het ongerede. Volop als het gaat om de inhoud: die is ronduit opstandig, zoals trouwens zoveel poëzie van vandaag, actiegroep dichtersbent.

Tritsmans klaagt de ‘reusachtige en duivelse machine’ aan waartoe het menselijk bestaan is verworden. Er heerst volgens hem ‘een planetaire pandemie’ waarbij alles ‘non-stop’ is geopend. Het vliegen ‘naar de verste continenten’ geldt als een soort recht, terwijl het ‘een spoor van vernieling’ aanricht. Hij tiert over ‘schimmige multinationale mastodonten’ en ‘stijgende oceanen tot de rand/ met ons eigen afval gevuld’. Je kunt heel de reeks samenvatten zonder er één regel in te hebben gelezen. Ik weet niet of dat een aanbeveling is.

Hij roept op tot een revolutie, een nieuwe orde om de ideale dan wel geïdealiseerde oude orde te herstellen. ‘Water, lucht, stilte’ dienen ‘zonder uitstel’ te worden gered. Inderdaad, al deze luidruchtigheid dient om de stilte terug te krijgen. De dichter wil een wereld waarin de mooie momenten eeuwig duren: ‘Laat ons naïef zijn en opnieuw met dromen beginnen’. De wekker wijst 05.59 uur.

Mario Molegraaf

Terwijl wij nog slapen, Uitgeverij Nieuw Amsterdam, paperback, 64 pag., € 22,99
ISBN: 9789046830987