Er is een nieuw nummer van het literair-historisch tijdschrift De Parelduiker verschenen, het eerste nummer van deze zevenentwintigste jaargang. Op het omslag staat de schrijver Anton Koolhaas afgebeeld. In het openingsartikel ‘Dierenmens A. Koolhaas’ schrijft Lodewijk Verduin over deze dierenverhalenschrijver. Hoe kwam Anton Koolhaas (1912-1992) er als veertiger toe om met een bundel dierenverhalen de stap naar het schrijverschap te zetten? In interviews gaf Koolhaas er kleurrijke verklaringen voor, maar de archieven vertellen nog een ander verhaal, waarin vooral politiek, vriendschap en geld een belangrijke rol spelen.

Verder in deze Parelduiker o.a een artikel over Koos Speenhoff (1869-1945), onze eerste singer-songwriter. Een zeer bekende Nederlander in zijn tijd die geliefd was bij het ongeletterde én het geletterde deel van Nederland. Hij werd onze best verkopende dichter. Zowel Greshoff als Carmiggelt roemde zijn proza en vond hem een superieure stilist. En Marco Entrop schreef in ‘Andries de Hoghe en de doden’ over De Hoghe in het werk van Jac. van Hattum. Zijn Strofen behoren tot de canon van de homo-erotische poëzie. Het dichterschap van Andries de Hoghe bleef beperkt tot één bundel, maar deze werd in homokringen bewonderd, gekoesterd, bezongen, geciteerd en nagevolgd. In een verhaal van de dichter Jac. van Hattum is De Hoghes bundel het offer voor een mannenvriendschap die niet mocht en ook niet kon bestaan.

De Parelduiker, jaargang 27, 2022, nummer 1, 80 pag., € 13,50